beroepsontwikkeling van sociaal werkers

Froukje Weidema is onderzoeker, senior trainer en gespreksleider moreel beraad vanuit VUmc Metamedica. Daarnaast is zij voorzitter van de commissie Ethiek in de jeugdzorg bij het CNV. We vroegen haar wat moreel beraad is en welke betekenis de beroepscode daarin kan hebben.

Wat is moreel beraad?

Weidema: “Moreel beraad is een groepsdialoog die je organiseert naar aanleiding van een dilemma uit de dagelijkse praktijk. Bij een dilemma móet je kiezen tussen twee kwaden. Wat je ook kiest, er zijn altijd nadelige gevolgen. Daarom is er ook geen ‘goede’ oplossing. Ieder antwoord op het dilemma heeft een keerzijde. 

Het moreel beraad is een gestructureerd gesprek om te onderzoeken wat nu het juiste is om te doen. Alle visies, alle verschillende denkbeelden en alle perspectieven komen aan bod en mogen zijn. Daartoe moet je ‘vrijmoedig’ met elkaar kunnen spreken. Alleen dan kun je een dilemma echt open onderzoeken 

Je hebt het over vrijmoedig spreken, wat bedoel je daarmee?

Weidema: “In moreel beraad moet iedereen vrijuit kunnen spreken. Om te kunnen onderzoeken moet je je oordeel opschorten en nieuwsgierig zijn. Je moet vragen stellen waarmee je je echt verdiept in de ander. Vrijmoedig is trouwens iets anders dan ‘vrijblijvend’, dat is moreel beraad zeker niet!”

Waarom is moreel beraad voor sociaal werkers belangrijk?

Weidema: “Het gesprek over beroepsethiek is ook voor sociaal werkers belangrijk in kwesties die je tegenkomt in je werk. Op het moment dat situaties je in een dilemma brengen of in morele stress, moral distress zoals we dat noemen, dan is het heel belangrijk dat er een mogelijkheid is om daarover met elkaar vrijuit van gedachten te wisselen. Het moreel beraad is een plek waar je als professional mag twijfelen. Waar je jezelf vragen mag stellen over je keuzes en handelen zonder dat je veroordeeld wordt.”

Wat kan de functie van de beroepscode zijn in moreel beraad?

Weidema: “De beroepscode sla je er niet op na om nu eens te kijken of iets wel of niet goed is. Zo is hij niet bedoeld, dat ambieert de beroepscode ook helemaal niet. In mijn praktijk hoor ik nog wel eens dat hij gebruikt wordt als toets: doen wij het wel goed? Dat is iets heel anders dan je eigen moreel kompas kritisch benutten en vervolgens pas te kijken ‘Goh, wat zegt die beroepscode er nou over.’ Ik ben soms een beetje bang dat de beroepscode als een scheidsrechter wordt gebruikt: heb ik het nou wel of niet goed gedaan? Het kan zijn dat je goede redenen hebt om af te wijken van wat er in de beroepscode staat. De beroepscode geeft kaders aan waarbinnen je je kunt bewegen. Binnen moreel beraad onderzoek je gezamenlijk die kaders in combinatie met je eigen ideeën over wat moreel juist is. Moreel beraad gaat trouwens aanzienlijk verder dan ‘varen op je onderbuikgevoel’: je leert beredeneren en verantwoorden waarom je iets op een bepaalde manier hebt gedaan. Daarmee draagt de beroepscode ook bij aan empowerment van sociaal werkers: je kunt je standpunt of keuze goed verwoorden en onderbouwen.” 

Hoe geef je volgens jou vorm aan moreel beraad?

Weidema: (lachend) “Ik ben daarin wel ‘streng’! Het gaat om het strak voeren van een dialoog. Waarbij de focus moet blijven liggen op het dilemma, op wat er echt in de praktijk is gebeurd,” stellig, “als je dat doet, als je zo het dilemma onderzoekt, leer je van wat je op inhoud met elkaar bespreekt, én ook over hoe je met elkaar leert. Inhoud en proces zijn beide belangrijk.” Voor de structuur kun je een stappenplan gebruiken, maar voor de discipline is een gesprekleider nodig? “Ja, omdat een gespreksleider zorgt dat de focus op het morele blijft. Hij of zij zorgt ervoor dat je je oordelen uitstelt, dat je weg blijft van de ander overtuigen van je eigen gelijk. Tijdens moreel beraad onderzoek je vanuit nieuwsgierigheid. En daar komt die vrijmoedigheid weer om de hoek kijken. Soms kan dat ook best spannend zijn: de volgende dag ga je immers weer gewoon met elkaar verder!”